Zeventien juli, vrijdag

Vandaag zijn we naar de Eistobel geweest. Een natuurfenomeen hier in de buurt met ijskoud water. Het schijnt er prachtig te zijn met allerlei watervallen, stroompjes in een riviertje, bergbeekjes en een groene omgeving. Nou, dat wilden we dan wel eens zien. Het is hier op slechts 21 minuten rijden (het bezoekerscentrum dan). Je betaald er vreemd genoeg entree voor, al heb ik geen idee waarom want als je op een ander punt begint met lopen betaal je niets. Maar al goed; na de entree te hebben betaald (€1,50 per persoon; kinderen tot 6 jaar gratis) ga je een trap af en klim je 50 meter naar beneden. De vrouw aan de kassa zei dat we de buggy daar moesten laten staan, want dat ging anders niet. We moesten ‘der baby tragen’. Dus wij lieten de buggy achter en dat bleek uiteindelijk een slechte beslissing te zijn. Kevin begon bij de trap al van: ik had de buggy mee moeten nemen, en toen ik zei dat hij terug moest gaan, wilde hij niet. Dus we liepen door. We gingen over een houten bruggetje heen en daalden steeds sneller. En ineens liepen we gewoon op een vlak bospad. Na ongeveer een kilometer te hebben gewandeld kwamen we uit bij een stukje zwemwater.

Er was nog een Nederlands stel met twee kinderen dat ons wegwijs maakte. Een leuker stukje voor de kinderen was er bijna niet, want hier waren vrijwel geen draaikolken en het kleine stroompje was niet zo sterk. Verderop was dat wel anders. Hun waren binnen no time uit de kleren in de zwemkleren en aan het zwemmen. Dat leek ons ook wel een fijn plan want het was zeker 36 graden, en het water was ijskoud. Het was even wennen maar daarna heerlijk verkoelend. Daar hebben we dus even gezeten. Het was inderdaad prachtig! Kevin en ik hebben tot onze knieën in het water gestaan en uiteindelijk was Sebastian zo nat, dat we zijn kleren maar hebben uitgetrokken en in de zon hebben gelegd om te drogen want het had verder niet veel nut meer.

Sebastian ging poedelnaakt op een steen zitten spelen. Hij raapte kiezeltjes op vanuit het water en gooide ze 10 centimeter verder in het water. Nou, herhaal dat 300x en hij was er een hele tijd zoet mee. Er waren ondertussen nog 4 andere gezinnen met hun kinderen komen zwemmen en het was praktisch idyllisch. Totdat ik ineens een plons hoorde en een moeder, die eerst op een steen in het water zat, met kleding en al zag duiken. Ze was razendsnel en greep haar dochter uit het water. Het meisje was denk ik net een jaar ouder van Sebastian en was gevallen. Er gebeurde verder niks; behalve dan dat ze moest huilen van de schrik. Ik kreeg er de rillingen van – dat gecombineerd met muggen en steekvliegen besloten we om verder te gaan. Sebastian dacht daar helaas anders over. We wilden verder de natuur in, maar meneer zijn beentjes waren moe en hij wilde niet meer verder lopen. We konden kiezen tussen kilometers verder lopen met een kind op onze arm, totaal gesloopt zijn en daarna terug gaan met een kind op onze arm of terug gaan met een kind op onze arm. We baalden flink dat we de buggy niet mee hadden genomen.

Eenmaal op de terugweg merkten we dat de trap omhoog toch ook best wel flink was. Sebastian wilde natuurlijk zo langzaam mogelijk de trap op en het liefst gedragen worden en wij hadden ook flink de pap op. We hadden beter gewoon de buggy naar beneden kunnen tillen; al onze spullen en Sebastian er in kunnen stoppen en kunnen wandelen. Ik hoop dat we de komende week nog de gelegenheid krijgen om terug te gaan, want ik heb Google afbeeldingen gezien – en naast het moois wat we allemaal gezien hebben; hebben we nog wel wat moois gemist. Jammer dat onze kleine mini-meneer moe was van het stenen gooien. Op de terugweg zijn we direct naar huis gegaan en hebben lekker in de tuin gezeten met een ijsje. Daarna hebben we in het stuk schaduw naast ons huis gevoetbald en gespeeld. Ik hoop dat ik Sebas nog een sprinkhaan kan laten zien deze vakantie. Volgens mij vind hij dat prachtig - ik heb er al drie gezien, maar kreeg ze niet gevangen of we hadden er even geen tijd voor op dat moment. We hebben gebruik gemaakt van de oven van ons huisje voor pizzabroodjes en ‘thuis’ gegeten. Sebastian slaapt de afgelopen dagen wat minder goed en is ook gewoon moe rond bedtijd. We lieten hem wat langer opblijven zodat we wat langer uit konden slapen, maar dat is niet eens meer nodig. Hij is sowieso moe van alles, wordt helaas sinds 2 dagen weer ’s nachts wakker en heeft overdag voor zijn middagslaapje knalrode ogen, dus we zijn weer terug op zijn oude bedtijd die hij thuis ook heeft.

Het heeft gisteren na de 38 graden Celsius nog geregend en kort geonweerd. Het totaal gebeuren duurde in totaal zeven en een halve minuut en we zijn geenszins onder de indruk geraakt. Daarna klaarde de lucht weer op en ging het zonnetje weer vrolijk verder met schijnen en verdwenen de wolken. We zijn dus ook gewoon doorgegaan waarmee we bezig waren - lekker vakantie vieren en te voetballen in de achtertuin.

Zestien juli, donderdag

Tot nu toe houden we onze planning nog fijn aan! Rond acht uur werden we wakker vandaag en hebben weer rustig de dag opgestart. Ergens rond negen uur, half tien zijn we naar het bergbauernmuseum geweest in Diepolz. Dat zit hier ongeveer vijf minuten rijden met de auto vandaan. Uiteraard weer een stukje berg op, want ja, alles is hier een berg, haha. Het museum valt niet echt op (vond ik). Het was dat Kevin hem zag, want ik was er ongetwijfeld gewoon glad voorbij gegaan omdat ik een opvallender gebouw zocht. De parkeerplaatsen stonden in ieder geval wel goed aangegeven. We liepen het gebouw in en kregen uiteraard weer korting met onze kortingskaarten; jeeej! Weliswaar slechts 0,50 cent korting per kaartje, maar korting is korting dus mooi meegenomen. We betaalden 8 euro entree en gingen om het gebouw heen naar boven. Iedereen die brutaal wil doen kan zo om het gebouw heen en gratis naar binnen. Je kunt ook via de alternatieve route via de kerkstraat naar binnen of via het bos. Je steunt alleen op deze manier het museum en de omgeving en dat wilden we wel. Het is namelijk mijn inziens het wel waard om voor te betalen.

Ze hebben een kinderspeeltuin beneden aan de berg en een soort van waterbaan met stroompje om mee te spelen. Vervolgens hebben ze verschillende huisjes met allerlei dingen om te doen/te bezichtigen. Ze hebben schaapjes, koeien, varkens, ezels en kippen om te aaien. Verder kun je een rondreis door een koeienmaag (4 stuks dan, hè) doorlopen en een nepkoe melken.

Je kunt van een hooizolder afspringen, op een tractor zitten en sturen, kijken hoe de bevolking vroeger woonde, zelf je eigen kaas maken, een imkerhuisje zien en natuurlijk wandelen langs bloementuinen en kruidentuintjes.

Ze hebben er een houten speeltuin met een windchime en speelbos. Ook kun je ouderwets bowlen – met zo’n houten sjoelbak en losse kegels en een bal. En noem maar op; allerlei leuke dingen voor kinderen om te zien en te ontdekken. Er is echter één nadeel; je moet bergopwaarts ontdekken. Hahahaha. We waren weer eens helemaal gesloopt. We lopen telkens met Sebas en de buggy bergopwaarts en dat is een flinke klus. We hebben pijn in spieren waarvan we ze nog nooit hebben gebruikt en worden echt zo melig als wat. We zijn moe en hebben straks een vakantie van de vakantie nodig. Zelfs op de dagen dat we ‘rustig aan’ willen doen is er wel weer iets waardoor we zo’n berg op en afwandelen.We moeten eigenlijk zo'n tractor hebben ofzo...

Morgen staat er weer een berg op de planning. We hadden het dus best wel weer zwaar vanmiddag, maar we hebben onze schouders eronder gezet en we zijn weer boven gekomen. Voor wie mij nog niet zo goed kent, op de momenten dat ik pijn heb, extreem vermoeid ben of er doorheen zit word ik erg melig – kortom, ik viel op een gegeven moment bijna helemaal van die berg af van het lachen door opmerkingen als: ‘ja, maar op de plattegrond staat het allemaal anders plat aangegeven’ en ‘Gottegottegot, als ik weer eens een idee heb’ en meer van dat soort loze opmerkingen die op dat moment hilarisch zijn (je moet er bij geweest zijn, denk ik). Het gaat helemaal nergens om op dat moment, maar ik lig helemaal in een deuk en hou het niet meer.

Eenmaal bovenop de berg hadden we weer de prachtige panorama-foto’s en een soort van herberg om even bij te komen met de brotzeit. En dat was nodig. Het vrouwtje wat daar achter de balie van die herberg staat, verzorgd ook gelijk de varkens. Ze bracht hen emmers water (vanwege de felle zon) toen we aan kwamen lopen. De varkens doken gelijk in hun heerlijke modderbadje en terwijl Kevin en Sebastian naar de varkens aan het kijken waren; liep ik naar het bordje ‘SCHWEINEN’ om te lezen wat er eigenlijk op dat bordje stond. Ongetwijfeld stond er niks bijzonders op, maar ik lees wel vaker van alles – zomaar eigenlijk. Nou was dat vandaag mijn grote redding, want de varkens begonnen het modderwater van zich af te schudden.

Ik hoorde Kevin keihard “AARRRGGHHHH” roepen en zag Sebas water van zich gezicht smeren. Ze waren allebei te pakken genomen en ik had dikke lol. De vrouw kwam alweer aan met 3 liter water gevuld in twee emmers en zei: pass auf, ihr schud (of zoiets verstond ik) en ik had dubbel lol. Dat had ze de eerste keer wel mogen vertellen. Haha! We gingen daar wat drinken en omdat het 12 uur was (ja, lange wandeling!), hebben we daar maar een lekkere ‘bröt met wurst’ besteld. We kregen een droog broodje ham met augurk erop. We hadden er meer van verwacht; maar het was in ieder geval wel erg gezellig. De vrouw was gastvrij, we voelden ons zeer welkom en het was erg sfeervol. We mochten onze fles water nog bij haar vullen en daarna zijn we weer op de terugtocht gegaan.

De terugtocht was minstens net zo zwaar want het ging steil naar beneden. Je hebt hier af en toe van die autowegen met een daling van 12% en dat is al erg veel; maar te voet zijn ze vaak een stuk steiler en dan staat er niks aangegeven. Dan moet je maar zien hoe je naar beneden komt; rollend of wandelend. Nou ja, anyways, er zitten spieren in onze benen en billen waar we deze vakantie erg bewust van zijn. We werden er melig van en liepen weer eens lekker van die berg af. Terwijl we onderaan de berg een groepje bejaarden zagen die juist deze kant van de berg omhoog wandelden uiteraard; want dat zien we wel vaker. Dat we echt zoiets hebben van: als je dat Nederlandse bejaarden laat doen, vallen ze met bosjes dood neer, maar deze doen het gewoon alsof het niks is. En wij lopen te hijgen als wat als we de berg op gaan. Kevin zegt: ja, zij zijn het gewend. Terwijl ik zoiets heb van: ja, dat zal best, maar dat maakt het niet minder indrukwekkend. We zijn langs het kerkje terug naar de auto gelopen en ik heb teruggereden naar huis.

Wel even via een omweg, want we moesten nog steeds langs de Spar supermarkt. En de Spar was natuurlijk weer niet open dus al lachend zijn we naar huis gereden en hebben we Sebastian na zijn fruithapje en drinken op bed gelegd. Ongeveer twee uur later gingen we de deur weer uit – dit keer met de auto – op weg naar de Spar en we schrokken ons wild! De supermarkt was een keer open! We liepen naar binnen en zagen de prijzen en begrepen wel waarom de vrouw van de supermarkt een dikke BMW kon betalen en vaker dicht dan open kon zijn – de prijzen waren echt asociaal duur. Bijna 4 euro voor 3 paprika’s. Daar betaal je niet meer dan €1,50 voor in dit seizoen (en dan zijn het al dure paprika’s). Een potje pastasaus ruim €3,60. Nou ja, ik had zoiets van: oké, we leggen alles weer terug en gaan weer.

Nadat we ons snel uit de voeten hadden gemaakt, reden we naar Immenstadt. Naar dezelfde Aldi waar we maandag zijn geweest. We hebben daar weer een kar vol lekkers gehaald waar de spar nog wat van kan leren qua prijzen. 3 paprika’s €1,20. Ik snap wel dat een dorpssupermarkt iets duurder is dan normaal, maar dit was gewoon schofterig. Alle prijzen waren gewoon verdubbeld en sommige dingen zoals een brood verdriedubbeld. Zo zou ik ook wel een supermarkt willen openen hier. Anyways; de Aldi had veel meer keuze en is een stuk fijner. En het gaf mij een keer de gelegenheid om het slingerweggetje door de berg naar Immenstadt te rijden. Dat leek me eng, dus dat moest ik sowieso al een keer doen. Kevin had bier gedronken in de herberg en thuis had hij er nog eentje gepakt; dus hij mocht toch niet. Ik vond het op sommige punten spannend maar ook wel leuk. Op sommige stukken rijd je 50 km/u maar eindig je met 90 km/u omdat je zo snel omlaag gaat. En je kunt de remmen ook niet ingedrukt houden met dit weer in verband met de hitte. Wel leuk om te doen; je waant je op sommige stukken echt op een rallyparcours. En op sommige stukken had ik zoiets van: oké, ik weet dat je hier 100 km/u mag, maar harder dan 80 km/u vind ik echt niet verantwoord… En dan werd ik ingehaald door een stel Duitsers. Nou ja, mij best… We zijn in ieder geval goed heen en weer gekomen. Kevin zit dan ook echt naast me te balen want hij zou wel 100 km/u rijden en kan het niet nalaten om mij dat te vertellen; ik ben blij dat ik eindelijk weer eens kan en mag rijden en bij teveel commentaar zeg ik vaak dat hij anders ook mag gaan lopen; dat scheelt..

Eenmaal thuis hebben we lekker buiten gezeten, met de buren gekletst, boodschappen opgeruimd, aangerommeld, met Sebastian gevoetbald en gegeten. Later heb ik Sebastian in bad gezet en rond half 9 in bed gestopt. Hij mag wat langer opblijven, zodat hij ons ’s ochtends wat langer laat liggen. We liggen hier ’s avonds een beetje op de bank met onze benen omhoog halve bejaarden uit te hangen (die ruziën om wie de laptop mag, haha).

Eens zien wat morgen ons gaat brengen. Ik zie er ergens wel een beetje tegenop. Die Eistobel met zulke hoge temperaturen. Ik weet dat we er kunnen gaan zwemmen en picknicken en langzaamaan kunnen doen; maar of we ook daadwerkelijk langzaamaan doen weet ik niet. We zijn best wel rauwdouwers wat dat betreft. We gaan dwars door onze grenzen heen en laten ons niet kennen. De volgende dag lopen we wel half kreupel – en dan gaan we gewoon weer, hahahaha. Gelukkig heeft Kevin nog een extra week vakantie als we thuis zijn (en ik nog wat langer). Oh en voor degene die denkt dat we in het huisje lekker kunnen chillen, zullen we die mensen uit de droom helpen; Sebastian zit nooit voor een seconde stil of hij wil alweer fietsen (en dan moeten we natuurlijk mee) of iets anders leuks/actiefs doen en zodra hij slaapt gaan we hier eerst even op beestjesjacht – de volgende keer zoeken we een gmo-productief dorpje uit

Frown

De vliegen/steekvliegen/wespen/bijen hebben hier vrijspel, lijkt wel. En ja, papa en/of mama leiden het wel in goede banen, want het huisje is alles behalve kindvriendelijk en we willen niet dat hij weer per ongeluk de boel in brand steekt of het schoonmaakmiddel opdrinkt of iets dergelijks. We hebben al wat sierschalen, tafelkleden en breekbare dingen op de kasten gezet zodat het buiten zijn bereik ligt. Maar je kunt helaas niet alles hier uit zijn bereik houden dus opletten is een must.

Vijftien juli, woensdag

Ik werd vanmorgen wakker en toen waren mijn twee kerels al eventjes een half uurtje op. Dat was anders dan anders. We zijn de dag rustig gestart en hadden al snel geconcludeerd dat het verse brood dat we maandag hebben gehaald bij de aldi gortdroog en hard was. Je kon er een gat mee in een berg gooien, helaas. We zouden ’s middags wel even naar de supermarkt gaan voor nieuw brood. Vandaag stond zwemmen op de planning. De zon scheen fel en het was echt lekker zwemweer.

(Sebastian heeft een UV-shirtje aan, omdat de zon te fel was. Dat is niet te warm, juist van luchtig materiaal en het beschermd hem toch tegen de nodige straling)

Rond elf uur kwamen we bij het zwembad (freibad Missen). Van het park uit hebben we kortingskaarten gekregen die we ‘overal’ kunnen laten zien; daarmee krijg je op heel veel dingen in de omgeving korting. We waren ze vandaag alleen vergeten mee te nemen. Dus we hadden ons erop ingesteld de volle pond te moeten betalen, maar toen de man achter de kassa naar onze kaarten vroeg volstond het woordje ‘vergessen’ en mochten we toch met korting naar binnen. Het is een heel leuk zwembad met een glijbaan van 51 meter (even uit mijn hoofd, het kan ook 52 meter zijn) met een glijbaanbad (zo noem ik hem maar even) van 1 meter 10. Een wedstrijdbad en een vrij bad om in te zwemmen. Ook hebben ze een groot grasveld met een kinderbadje met een glijbaan en een tweetal fonteinen voor de kleine kinderen. Ook is er een speelveldje met 2 wipkippen, een wipwap en een draaimolen.

Ik vond het echt een prima zwembad en ook op een toplocatie. Ze hadden badspeelgoed, een badmeester, sociale controle en er was bijna niemand in het water dus we hadden het zwembad praktisch voor onszelf en konden volop onze gang gaan. Het had kleedkamers genoeg, schoon en fris, voldoende kluisjes, schone toiletten en een tentje waar je eten en drinken kon kopen – er was alleen 1 grote maar – en dat was voor mij toch wel een dealbreaker. Steekvliegen!!! Ze hadden er helaas 18 miljoen van. Ik vond dat toch wel verschrikkelijk.



Na de vijfde keer te worden geprikt had ik het écht gehad en ben ik me aan gaan kleden. Er vloog zelfs zo’n beest mijn badpak in en zelfs in het water moest je uitkijken. Sebastian is ook een keer geprikt (hij heeft het niet gemerkt) en Kevin heeft niet eens meer geteld zo vaak is hij geprikt. Zijn benen zijn voornamelijk het doelwit geweest en zijn helemaal rood. Vieze smerige rotbeesten! Bah! Ik werd er gewoon boos van. Al meer dan 20-25 jaar loop ik al niet meer met mijn blote voeten over het grasveld vanwege een jeugdtrauma waarbij ik op een wesp/bij ben gaan staan – al die tijd ren ik keihard weg voor alles wat steekt en vandaag gewoon 5 keer gestoken! Gewoon 6 keer in een week tijd. WHAAAAAAAAAA! Dat is ook bijna wel de hoofdreden waarom ik liever een binnenzwembad heb. Ik heb nog steeds overal jeuk als ik er aan terug denk. Het zwemmen op zich was natuurlijk wel hartstikke leuk maar ik kreeg echt last van achtervolgingswaanzin. Dan had je jeuk op je been en dan ineens *PRIK* en automatisch ga je met je hand er naartoe en zit je zo’n vies beest kapot te duwen *gruwel*. Nou ja, jullie snappen het wel; na een uur of 3/4 hield ik het echt voor gezien. Ik vond het nog knap van mezelf dat ik het zo lang heb uitgehouden. Ik hield me gedeisd op de handdoek fel in de zon, want daar had je het minst last van die beesten (en je voelde ze tenminste beter zitten zodat je ze kon wegjagen).

Sebastian heeft in ieder geval volop gezwommen/gespeeld en heeft het hartstikke leuk gehad - ik begrijp nog steeds niet waarom hij slechts 1x is geprikt - en volgens mij vond Kevin het ook wel leuk, dus wat dat betreft 2/3e geslaagd. Daarna zijn we lekker naar huis gegaan en hebben we Sebastian een fruithapje gegeven en nog wat te drinken en daarna heeft hij zijn middagslaapje gehad. In de tussentijd ging Kevin lekker een spelletje doen op de laptop en ben ik een nieuwsgierig aagje uit gaan hangen door in kastjes te snuffelen. Ik vond een gastenboek om Duits in te schrijven en dat is nog best aardig gelukt vind ik zelf, een doos vol bordspelletjes waar ik Kevin nog niets over verteld heb omdat ik een hekel heb aan bordspelletjes en een cd-collectie voor de cd-speler. Daarna ben ik gaan puzzelen in mijn woordzoeker-boekje. Een kleine anderhalf uur later hebben we Sebas wakker gemaakt en een gebakken eitje gegeten en zijn we naar de plaatselijke supermarkt gelopen.

De zon was nog steeds heel fel en het was niet echt een aangename wandeling zo in het zonnetje, dus we waren blij dat we er waren. Echter bleek dat de supermarkt WEER eens dicht was. Dat was echt even dik vet balen voor ons. Daar hadden we niet op gerekend. Gelukkig werden we er heel erg melig van. Elke keer als we bij deze supermarkt willen shoppen is hij dicht. Dat is toch best komisch als je volkomen verhit van een berg af komt aangelopen om na onverrichte zaken die berg weer op moet gaan klimmen. Ik ben maar even gaan poseren met Sebas voor de supermarkt en we hebben een mini-fotoshoot gehouden bij het watervalletje en de kerk. De terugweg was een hel, bergopwaarts. En ik word daar zo melig van altijd. Op dat soort momenten heb je maar een paar lollige opmerkingen nodig of ik val zowat om en rol nog een keer van de berg af. We hebben dikke lol gehad!!!

Op de terugweg naar huis door de hitte heb ik Kevin over weten te halen om nog een stukje te gaan rijden. Hij wilde in het huisje chillen, maar ik had zin om eruit te gaan. Gewoon lekker rondsnuffelen en dingen bekijken. Ik ben niet echt een doener, maar ik wil wel wat te zien hebben – een ziener klinkt daarentegen weer een beetje zweverig. Ik wilde wel naar Immenstadt Zentrum om te kijken of daar winkels open waren, maar Kevin wilde de Rodelbaan daar zien en omdat hij in eerste instantie al niet weg wilde zijn we dus naar de rodelbaan geweest om te kijken. Nadat we dat gedaan hadden en ik Kevin niet kon overhalen om er dan ook van af te gaan, hebben we nog een stukje om de berg heen gereden en een groot rondje van een half uur/drie kwartier gemaakt in de omgeving.

Eenmaal thuis hebben we de taken verdeeld; Kevin zou koken en ik de afwas doen en hebben we wat aangekeuteld. Ik had de zwemkleding op het wasrek buiten gehangen zodat het kon drogen en toen ik het ging afhalen en opvouwen kwam ik onze vriendelijke buren naast ons weer tegen. Ze hebben ons een foldertje gegeven en de Eistobel aanbevolen; met daarbij dat het vrijdag 38 graden Celsius zou worden. Dat is een natuurfenomeen ongeveer 8 kilometer hier vandaan, waarbij er bergbeekje is met inhammen met stromend water, watervallen en hier en daar een meertje met een draaikolk (waar je niet moet zwemmen en zeker niet met een kind), maar waar het op sommige stukken best fijn vertoeven is met dat weer. Er zwemmen regelmatig gezinnen met kinderen en op andere stukken is men aan het pootjebaden en het klinkt allemaal zwaar relaxed. Behalve die draaikolken dan, dat lijkt me best wel spannend. Maar het staat goed aangegeven, begreep ik. Daar vertrouw ik dan maar op (en voor de zekerheid let ik 8x scherper op dan normaal). En ik zit er vaak al bovenop, haha.

Dat gaan we dus vrijdag eens uitzoeken; in plaats van een stadje bezoeken in de hoop dat er wat te doen is. Morgen staat het Bergbauernmuseum in Immenstadt op de planning. Vanavond hebben we na het eten nog lekker achter in de tuin gezeten. Kevin vind het een beetje teleurstellend dat we op de begane grond zitten omdat er een heg van 2 meter staat die ons uitzicht op de bergen belemmert. Ik vind het daarentegen heerlijk omdat Sebastian lekker kan fietsen, met de bal spelen, in de tuinen spelen, flink kan rondrennen etc. Het uitzicht stoort met niet zo. Ik heb dit liever dan één verdieping hoger zitten op een balkon. Ik heb thuis al genoeg last van het ruimtegebrek; maar ik begrijp wel dat hij liever ook het uitzicht erbij had. Desalniettemin is het fijn vertoeven hier; ook op de aanrommeldagen. Sebastian en ik hebben torens gebouwd en met de brandweerauto gespeeld. Ik kan er zo wel aan wennen

Innocent

Ik denk alleen dat ik mij op het laatst zou storen aan de alpenkoeien. Waarom hebben die dieren toch altijd die bel om? Zodat ze, als ze van de berg af vallen, sneller terug te vinden zijn? Dat die lieve diertjes niet gek worden van dat constante gerinkel...

Veertien juli, dinsdag

Vandaag zijn we naar sloss Neuschwanstein en Hohenschwangau geweest. Ik wilde het liefst zo vroeg mogelijk opstaan om zo snel mogelijk op weg te gaan zodat we niet in een rij hoefden te gaan staan, maar Kevin wilde graag “uitslapen”. Uitslapen is bij mij een uur of tien/elf, maar bij Kevin een uur of acht. Ik besloot stiekem een gulden middenweg te kiezen en de wekker om half acht te zetten. Ik ging uitgebreid douchen en heb om kwart voor acht Kevin wijsgemaakt dat het acht uur was zodat hij er uit kwam. Uiteindelijk ging alles toch (weer) heel moeizaam waardoor we pas om negen uur de deur uit konden, maar oké, dat weet je met een kindje. *insert-vermoeide-zucht*. Het zou volgens ons navigatiesysteem een uurtje rijden zijn. Nou, dan zijn we er om tien uur (inmiddels kwart over tien; door getreuzel). Onderweg besloot de TomTom raar te doen en hadden we zogenaamd een afslag gemist waardoor er ineens op het scherm stond dat we om half 1 aan zouden komen. What the heck. Ik schoot bijna uit mijn slof. DAN KUNNEN WE NET ZO GOED NIET GAAN!11!!!1! Ik was nog steeds een tikkie chagrijnig vanwege het stomme fototoestel-kabeltje en het feit dat we vandaag onze foto’s met onze mobieltjes moeten maken. Die zijn wat minder scherp en dat vind ik jammer voor zo’n plek.

Twee kastelen op een berg bekijken vanaf half 1 is vragen om moeilijkheden. Vanaf punt 1 naar punt 2 is het al dik een uur lopen. Maar de TomTom herstelde zich, raakte helemaal de kluts kwijt en begon af te tellen alsof het nieuwjaar was en gaf uiteindelijk zelfs een aantal minuten tijdwinst aan. Dat raakten we weer kwijt toen we een verkeerde afslag namen; maar uiteindelijk kwamen we om half elf aan. Bedenk je de kalverstraat op zondagmiddag, maar dan met mooiere gebouwen in een mooiere omgeving en je weet hoe druk het was. Het was een drukke straat met allerlei toeristenwinkels en horecagelegenheden met twee kastelen aan weerskanten. Hohenschwangau was het gele kasteel links op de berg; Neuschwanstein het witte kasteel rechts op de berg. De mierenhoop van mensen was overal. We parkeerden de auto op P4 en betaalden 6 euro voor een parkeerkaartje. We liepen naar het ticketcentre en zagen een rij staan. De rij was ongeveer anderhalve kilometer lang ofzo. Zelfs toen er geen gefabriceerde wachtrij meer was, was er een wachtrij van nog minstens 300 meter. Op het bord stond aangegeven dat er tot en met 16:00 geen tour meer vrij was voor sloss Neuschwanstein. We gingen vol verbazing van de lange wachtrij maar een beetje verdwaasd achter in de rij staan. We konden gelukkig wel de kastelen zien. Dat was nog wel een schrale troost voor de 100 jaar in-de-rij-wachten. We zagen iemand vrijwel vooral in de rij staan van een jaar of 76. Ik zei tegen Kevin: "Ze was begonnen op haar elfde..". En toen begon het wachten.

Ja, wat moet je dan? Je kunt geen kaartjes online kopen; geen kaartjes voor de volgende dag en geen kaartjes elders. Er kwamen mensen de rij af lopen in uniform die mensen gingen ontmoedigen om naar de rondleiding te gaan. Ze zeiden dat de wachtrij minstens ‘3 stunden’ was. Ik heb een kind; ik kan niet 3 uur lang in een rij staan! Heel even dacht ik er ook over na om uit de rij te stappen. Wil ik echt zo graag de kastelen in? Je kunt binnen en rondom het kasteel lopen – gratis – dus wat maakt het eigenlijk uit? Mja, je bent er nu toch, dus dan kun je ook gewoon de tour nemen. Ik twijfelde nog, totdat er een jongen voorbij kwam die verklapte dat je bij het museum even verderop ook kaartjes kon kopen voor beide kastelen en dat daar geen rij was. Je betaalde alleen 3 euro per persoon extra. Nou, ik verliet direct de rij en ging naar het museum toe. Onderweg verwachte ik allerlei addertjes onder het gras; uitverkocht, ontmoedigingsbeleid, gewoon voor de lol, etc. Maar de man had wel gelijk. Behalve dan dat er geen rij was; want bij het museum was ook een rij. De rij duurde alleen slechts twintig minuten. Dat was nog net vol te houden met Sebastian - die ondertussen op tenen begon te dansen en zijn vader omver probeerde te duwen. K’ching, even 48 euro aftikken voor twee personen voor twee rondleidingen in twee kastelen. Jeetje mina. Maar goed, beter duur dan niet te koop; zeg ik altijd maar.

Vanaf de grond kijk je allereerst naar het mooie gele kasteel aan. Hohenschwangau. Het is een prachtig tafereel waar ik even ademloos naar heb staan te kijken. Dat zoiets moois gewoon binnen handbereik ligt en dat we daar zo dadelijk een rondleiding hebben - jeej!!! Daarna kijk je een stukje hoger op de berg daartegenover en dan zie je in de verte Neuschwanstein. Ook prachtig! En ik was blij dat we voor beiden een tour hadden geboekt.

De eerste rondleiding begon dus in Hohenschwangau om 13:25. Op dat moment was het net elf uur, dus we gingen een beetje rondstruinen in het stukje toeristengebied. We zaten te kijken hoeveel een koetstocht naar Neuschwanstein kostte, want het was best een flink stuk klimmen naar boven. Na die alpentocht van gisteren hadden we het eigenlijk wel een beetje gehad met klimmen. Kevin had nog spierpijn en ik had er gewoon niet zo’n trek in om weer ‘helemaal’ op te zijn ’s avonds. 1 kasteel omhoog klimmen is al erg genoeg. Nadat ik een boekje (met 90 kleurenfoto’s als goedmakertje voor het fototoestelkabeltje) en een kettingkje heb gekocht in een souvenirshop zijn we bij een hotel/restaurantje op het terras gaan zitten. We hebben koffie met gebak besteld en zo kwamen we het eerste uur door. We wisten nu sinds 2 dagen het Duitse woord voor rietje (strohalm) dus konden we Sebas ook weer zonder problemen een glaasje apfelsaft geven. Daarna liepen we richting het eerste kasteel. Kevin wees naar de kortste route. “Maar er zitten wel een paar trappen”. Tja, ik weet niet hoeveel een paar trappen zijn? “Als jij Sebas dan bij je houdt, til ik de buggy wel”. Nou, opgelost, helemaal prima. Sebastian kon wat mij betreft zelf trap lopen en ik had geen buggy om te tillen, dus mijn keuze was snel gemaakt. Kevin sjouwde zich ondertussen wat af. Al beweert hij hoog en laag dat het wel mee viel. Het waren in totaal bij elkaar een trap of vijf en was wel te doen als je tussendoor even bleef staan, maar ik zou het je niet aanraden. We waren binnen vijftien/twintig minuten wel boven. Als we de langere buggy/rolstoelvriendelijke route hadden genomen, duurde het veertig minuten. Dat had wel gekund, maar ik wilde ook vooral veel foto’s maken van alles dus ik wist niet precies hoe lang het zou duren. Eenmaal boven was het vol van de mensen. Er waren toiletten, een souvenirshop, een stuk of vier fonteinen en een klein stukje museum achter glas. We hebben flink de tijd genomen om rond te kijken, Sebastian zijn luier te verschonen, zelf te gaan plassen, flesjes water te vullen, een groot drama te hebben met Sebas omdat hij bij de fonteinen wilde blijven, souvenirshop te bekijken en op een bankje te zitten en dergelijke en nog stonden we vooraan voor de tour bij het poortje.

De buggy bleef beneden. Ik zat me af te vragen of dat wel goed zou gaan met Sebas in zo’n rondleiding. Het antwoord kreeg ik al snel. JA! Volmondig ja. Sebastian riep bij elke kamer: OOOOHHHHH. En hij wees random dingen aan die hem in het oog sprongen. Hij liep zelf alle trappen op en gedroeg zich op zijn allerbest. Op het eind merkten we wel dat hij moe begon te worden (ja, want vanaf kwart voor acht was hij wakker – en het was toen al zeker 13:40) en dan wordt hij altijd melig. Hij bleef mama kussen, knuffelen en daarna schaterlachen; dus dat was wel leuk. Op het moment dat we weer buiten stonden was hij overigens weer ‘klaarwakker’. Toen we via de toeristische route naar beneden wandelden viel hij in slaap. Voor ongeveer een half uurtje

Undecided
De tour zelf was kort en prima te doen. Traplopen hoort erbij en dat ging nog wel. We gingen gelukkig per keer een verdieping op en daardoor was het te doen. Op het laatst moesten we 3 verdiepingen naar beneden. We hebben de vertrekken van de koning en koningin gezien; waarbij we begonnen bij de biljartzaal, kleedkamer van de koningin met de kapel, een lange zaal en gingen zo door naar de koningsvertrekken met een logeerkamer voor Richard Wagner. Op één van de vertrekken van koning Ludwig stond een telescoop. Hij kon vanuit die hoek precies zien hoe de bouw van Neuschwanstein verliep. Hij wilde zich aan het drukke koningsbestaan onttrekken dus besloot overal stulpjes te bouwen; waaronder Neuschwanstein – maar ook Linderhof en Herrenchiemsee.

Overal waren zwanen in verwerkt; want 1. De ridders van Schwangau droegen het wapen van een zwaan 2. De koning vond het mooie dieren. Er hingen kroonluchters, schilderijen en er stonden mooie voorwerpen die als geschenk waren gegeven. Ook stond in elke ruimte een ouderwetse verwarming (ik ben de naam ervan kwijt). Op één kamer stond een beeld van de broer van de koning; maar over het algemeen weinig beelden. Het kasteel is gebouwd in neogotische stijl; ik heb geen idee wat dat precies inhoudt, maar ik vond het warm, charmant en sprookjesachtig. Het kasteel is in de 12e eeuw gebouwd door de ridders van Schwangau - met als wapen dus de zwaan. Deze verlieten de boel in de 16e eeuw en nadat Napoleon er doorheen had gedendert was het naar de filistijnen. Koning Maximillian (de vader van koning Ludwig; waar vrijwel alle rondleidingen om draaien) kocht het in 1832 en knapte het op.

Ik vond het een leuke rondleiding maar wel een beetje kort. Voor mijn gevoel laten ze altijd maar 1/25ste deel van zo’n kasteel zien. Dat zal in werkelijkheid wel meevallen, maar toch is er zo’n mysterieus stukje van mijn nieuwsgierigheid bij ‘wat zit er achter deze deuren’ en 'waarom mag ik hier niet vrij rondlopen'. Ik vond het een mooi kasteel en de buitenkant trok me meer aan dan Neuschwanstein – dat had ik niet verwacht; ik ging namelijk juist voor de ander. Ik vond het een warme kleur hebben, gezellige uitstraling en niet zo strak omlijnd. De muurschilderingen vond ik ook wel wat hebben. We hebben de toeristische wandelroute terug genomen en hebben langs de ‘kleine’ alpsee gelopen. Dat is ook best wel een verschil met die Grosse alpsee van ‘bij ons in de buurt’. Sebastian was in slaap gevallen dus we besloten een terrasje te pakken en even wat te gaan drinken en onze tijd rustig uit te zitten. We konden wel alvast in de bus/koets naar Neuschwansstein gaan, maar dan zou hij wakker worden en dat wilden we nog even niet. We hadden tijd genoeg en hij had zijn slaap hard nodig. Anders zou hij de tweede toer misschien verstoren. Toen we onze versnaperingen achter de kiezen hadden, liepen we naar het stukje bustickets, nadat we lazen dat de paardenkoets bergopwaarts 6 euro per persoon kostte inclusief Sebas. De bus was 3.80 alles bij elkaar en dat scheelt aanzienlijk. Het is wel irritant dat werkelijk alles extra geld kost en overal een rij stond, maar goed, uitmelken en drukte kun je daar wel verwachten. Als je gaat, neem een zak geld mee en begin vroeg in de ochtend. Ik geloof dat er een kwart van ons vakantiebudget daar is uitgegeven; inclusief betalen voor de wc zelfs al heb je zojuist 20 euro uitgegeven om te eten/drinken – ook stonden we weer een half uur in de rij voor de bustickets. De bus kwam snel en bracht ons binnen tien minuten naar boven op een stukje waar je lopend een uur over zou hebben gedaan. Ik vond alleen de weggetjes akelig smal. Mocht je hoogtevrees hebben of extreem bang zijn dat de bus kantelt en over de rand valt en iedereen hartstikke dood valt, zou ik gaan lopen. Ik vond het nog net te doen en heb gewoon op sommige punten mijn ogen dicht gedaan. Met name een smal bergweggetje en een tourbus.

Eenmaal boven waren we er nog niet. We moesten eerst nog 15 minuten wandelen. Eerst een stuk omlaag en daarna weer een stuk omhoog. En toen waren we er. Bij de zijkant van het kasteel! Het leek een beetje op Azkaban van Harry Potter en een deel van de torens op Isengard van Lord of the rings vanaf de zijkant. Erg strak en grauw. Het is niet wit maar grijs. Het is een mooie verschijning en imposant, maar op mij kwam het wat onpersoonlijker/killer over. We lieten de buggy beneden in de buggyruimte staan en hebben een kluisje gehuurd voor de luiertas. Zo konden we in de brandende zon over de binnenplaats struinen (trappen, trappen, trappen) zonder vijftienhonderd kilo aan tilwerk. Het zweet stroomde sowieso wel uit onze poriën. Maar ja, we zitten zo dicht bij de zon natuurlijk op deze hoogte. Haha.

Ook daar zat een souvenirwinkeltje en een informatiekiosk, wachtruimtes en toiletten. Ik moest natuurlijk weer even plassen en verbaasde me gewoon dat het geen geld kostte. Hoe geweldig is dat? Je moest alleen wel weer een kwartier in de rij gaan staan bij de vrouwentoiletten. De mannen natuurlijk nooit – terwijl hun blaas 2x groter is dan de onze dus zij er in verhouding veel langer gebruik van zouden moeten maken. Ik snap toch echt niet waarom het bij de vrouwen altijd zo lang duurt. Er zit altijd wel 1 vrouw vijftien minuten lang op de wc. Ik snap er werkelijk geen snars van. Je gaat naar de wc en doet de deur dicht. Dan hang je je tasje op aan een haakje. Je kijkt of er wc-papier genoeg is en de wc schoon genoeg, doet je broek en onderbroek naar beneden, gaat plassen, veegt na, kleedt je aan, spoelt door en gaat je handen wassen. Zo simpel is dat! Hooguit met een minuut – twee als je een skinny broek aan hebt die niet over je bil wil - sta je weer buiten. Tel er nog even dertig seconden bovenop als je je periode hebt – maar that’s it gewoon. Wat doen die vrouwen toch allemaal zo lang op de wc? Internationaal bellen met tante Truus? Je boodschappenlijstje maken voor aanstaande kerstmis? Wat doe je daar? Je zelfmeegebrachte waterkoker aansluiten op het elektriciteitsnet en een kopje cup a soup drinken? Doe even normaal joh. Oproep aan alle vrouwen: ga piesen en get the fuck out! Ik vind dat er een ‘timer’ zou moeten staan met een stopwatch. Na 3 minuten vliegt de deur van je wc wagenwijd open. Opgesodemieterd! Altijd die rijen van een kwartier of langer… Dat slaat echt helemaal nergens op. We weten allemaal dat vrouwen niet poepen en al zeker niet op een openbaar toilet. 3 minuten en je tijd is opperdepop.

Anywayssss.... Toen we aan de beurt waren voor de rondleiding moesten we weer 100 trappen op. Nou ja, niet letterlijk 100, maar wel weer een boel. Ik had alweer zoiets van: jeetje mina, wat hielden die mensen veel van trappen. Het eerste wat ik zou doen, naast mijn kasteel okergeel verven, is een lift installeren. Ik kom straks thuis en dan ben ik de helft van mezelf kwijt (wat eigenlijk best wel een goed idee is want dat scheelt bergopwaarts ook een hoop). Oef... Je moet er wat voor over hebben om zo'n prachtkasteel te mogen bezichtigen. We kwamen in een toren binnen op de eerste verdieping in een donkere ruimte. Het was de welkomshal, waarbij we over een mooie galerij liepen naar de andere kant. In mijn boekje stond die hal vol verlicht en daarin zie je pas echt hoe mooi het is. Nu was het zo donker dat het echt niet tot zijn recht komt. Ik vind dat echt zonde. We liepen langs de eetkamer. Het was een mooi perfectionistisch kasteel maar er hangt een bepaalde sfeer die ik niet zo fijn vind. Het is echt heel statig en middeleeuws – en ik hou meer van het rommelige speelse, ik denk dat dat het is. Toen de koning leefde zat hij dus vanuit Hohenschwangau met een telescoop te kijken hoe Neuschwanstein werd gebouwd en nu ben ik er; en dan is het hier zo donker en statig. Dat kan volgens mij nooit de bedoeling zijn geweest. Ik begreep ook dat het vlak na zijn dood al open is gegaan voor het publiek en dat Walt Disney het kasteel van Doornroosje gebaseerd heeft op dit kasteel. Ik merkte gaanderweg in de tour dat ik meer een hohenschwangau-meisje ben qua uiterlijk; maar dan met de inhoud van Neuschwanstein. Want dat is wel erg mooi!

Zeventien jaar waren ze bezig met het bouwen en alles moest perfect zijn. Na het overlijden van de koning is de bouw gestopt en hebben ze het helaas nooit af gekregen. Ook dit kasteel hangt vol met schilderijen die zijn afgeleid van sprookjes en de opera’s van Richard Wagner die daarop gebaseerd waren. De zwanen waren uiteraard overal zichtbaar. Er is trouwens iets aan de manier waarop Duitsers Richard Wagner uitspreken – ik weet het niet, maar ze zeggen het op een bepaalde wijze waarbij het mij aan een Duitse natuurfilm doet denken. Riegart Wahkner! Oh Riegart… RIEGART WAHKNER, OH! Verruklich, ganz toll, bitte, riegart, bitte bitte bitte…. *mist de helft van het wagner-verhaal gedurende de tour omdat ik een beelddenker ben*. Iets zegt mij dat koning Ludwig, die zo ongelukkig was en plekken zocht om zich terug te trekken en compleeeet lyrisch Wagner-fan is, wel wat meer voor de beste meneer begon te voelen. Het kan aan mij liggen, maar zo vaak en zo veel als dat zijn naam genoemd wordt; het verbaasd me dat het niet Wagnerschwanstein heet. Richard Wagner was in ieder geval heel erg geliefd door koning Ludwig; en hij had ervoor gezorgd dat hij financieel onderhouden werd voor de rest van zijn leven.

Ik vond de troonzaal het mooist. Je mocht er geen foto’s maken, dus uiteraard heb ik snel een paar foto’s weten te scoren. Maar echt heel mooi zijn ze niet geworden; meer als bewijs dat we er ook binnen zijn geweest. Het is net de Sixtijnse kapel. Niet dat ik die ooit gezien heb; maar gewoon een te vergelijken soort kunstwerk. Ik denk niet dat er iemand op deze wereld is die deze kamer compleet niks vind. Het is gewoonweg prachtig!!! De steentjes mozaïek op de vloer zijn stuk voor stuk gelegd volgens een boeddhistische stijl; het zijn dieren en bloemen. De muurschilderingen van God met daaronder de 6 koningen van toentertijd zijn fantastisch en adembenemend mooi. De grote immense kroonluchter is zo prachtig dat er gewoon geen woorden voor zijn. Hij is van koper en lijkt op een kroon. Die troonzaal is echt perfect. Of nou ja, bijna. De troon ontbrak. Die was er niet en omdat Sebastian begon te kletsen heb ik gemist waar hij was. Misschien staat hij ergens anders of misschien was de koning overleden voordat hij er was – dat zal ik later opzoeken. Maar hij is er niet. (Ik heb het opgezocht; de troon die gemaakt zou worden uit ivoor en goud is nooit gemaakt; de koning overleed voordat het klaar was). Ik vond het jammer dat we al zo snel weer door moesten. En whoppa; weer trappen op. Ik vergeet bijna te vertellen; vrijwel na elke kamer moest je 1 of 2 trappen op ofzo. Sebastian kreeg tussendoor tijdens de tour van het personeel Star-Wars-kaarten als zoethoudertje. Hij was niet vervelend, maar hij kletste soms iets teveel. Ik heb geen idee van wie hij dat heeft

Wink

We liepen de slaapkamer in van de koning waarbij een kamer was ingericht met uitgesneden houtwerk van meer dan duizend uur. Ik was net bezig met luisteren naar het verhaal en mijn meneertje begon weer te kletsen. Echt inhoudelijk kan ik dus niet zoveel vertellen over de slaapkamer want ik heb het niet meegekregen. Op een gegeven moment gaf een tourgids hem een soort van telefoontje om mee te spelen; zo’n audiotour-telefoontje. Nou ja, dat werkte natuurlijk zo dat Sebastian alleen maar meer ging kletsen en zowel Kevin als ik aan de telefoon moesten komen. Ik vond het wel een grappig effect. Ik ben maar een beetje achter in de groep gaan lopen en heb toen het verhaal niet goed kunnen horen. Ik zoek het later wel op. Wel vond ik de laatste zaal, de muziekzaal, ook schitterend. Er waren sprookjes op geschilderd (ongetwijfeld van Wagner), en er waren glas in lood ramen en prachtige kroonluchters en nou ja, echt een plaatje. Kevin vroeg nog of er in die zaal getrouwd mocht worden; maar dat moest hij aan de baas vragen

Wink

Daarna mochten we weer de trap af naar de tweede verdieping; naar het balkon – waar we na wat leuke plaatjes te hebben geschoten nog wat in het café hebben gedronken. Sebastian kreeg weer apfelsaft, maar deze bevatte helaas dus ook koolzuur, dus die heeft zijn moeder van hem afgepakt en zelf opgedronken. Sebastian kreeg dus gewoon een glas water en we hebben stiekem wel gelachen om het gezicht dat Sebas trok toen hij de eerste slokken dronk. De arme knul! Het spijt ons, lieve Tjoepie

Tongue Out
We wisten het niet. We dachten dat het gewoon apfelsaft was. Maar grappig is het wel; jouw snoetje zo te zien. We liepen op een gegeven moment op de terugweg (de uitgang van het kasteel) ineens zoveel trappen af dat we het vermoeden kregen dat we ‘te ver’ naar onderen gingen. We waren allang voorbij de maquette en het souvenirwinkeltje en nog moesten we omlaag. Het was koel en donker dus we hadden al enigszins in de gaten dat we in de berg zaten. We kwamen onderaan het kasteel aan de zijkant uit. Toen kon Kevin alsnog omhoog lopen om de buggy en de luiertas te gaan halen. Ik bleef met Sebastian beneden op hem wachten. Lief toch, dat Kevin zich opofferde met zijn lange benen? Ik vond van wel. Als we mee hadden gelopen, waren we weer een half uur verder, dus het was uit een efficiënt oogpunt beter dat hij alleen ging. We namen wederom de toeristische route naar beneden en zagen dat het al kwart over vijf was. Halverwege zijn we dus even gaan eten bij een restaurantje en dat was barslecht. Zelfs in een snackbar ergens in schubbekutteveen hadden ze ongetwijfeld beter eten gehad. Het viel me bar tegen voor dit overheerlijke Deutschland. Land der herlichkeit. Het was gewoon knudde en bah. Het uitzicht blijft daarentegen prachtig!

Maar ach, dan weet iedereen dat alvast -> im zurückweg nicht essen! Gewoon doorlopen met je bil! Het is het geld niet waard. Vervolgens konden we veertig minuten terug lopen naar beneden en moest ik plassen. Maar omdat het natuurlijk al bijna zes uur was en de meeste toeristische dingen dan gaan sluiten (laatste rondleidingen zijn om zes uur) kom je niet meer binnen. GESLOSSEN, brulde zo’n Duitser naar mij – terwijl we daar ’s middags heerlijk hadden gegeten en hij ook flink aan ons verdiend had. “Toilette?” AUCH GESLOSSEN! Jeetje mina. Het was dat ik te netjes ben om hem een verwensing naar zijn hoofd te slingeren (of ik gewoon niet zo snel in het Duits een verwensing kon verzinnen) maar anders... Dus ik ben maar even een wc verderop gaan zoeken waarbij de automaat met muntjes bijna uitpuilde van het geld en daardoor niet eens meer mijn vijftig cent muntje aanpakte en ik dus over een poortje heen moest klimmen!!! Eenmaal over het poortje heen op de wc was het zo verschrikkelijk vies dat ik er nog voor moet waken dat ik niet direct 3 seksueel overdraagbare aandoeningen heb opgelopen want het was één grote schweinenstal. Sorry dat ik het zeg, maar maak dat je wegkomt rond sluitingstijd. RUN like hell.

Als ik had geweten dat de urinegeur de overheersende luchtverfrisser was, menstruatiebloed op de muur zat en ontlasting over de vloer lag, was ik thuis wel gegaan of bij de mannen-wc over het poortje geklommen – gossie pietje. Het enige voordeel dat die toiletten hadden was dat er eens geen rij stond. Maar dat verbaasde me geloof ik ook niet echt. Kortom; tijd om te gaan. En op de terugweg hebben we de toeristische route tussendoor genomen en waren we nog steeds vijf minuten eerder thuis dan de oorspronkelijke tijd die op het navigatiesysteem stond aangegeven. We hebben wel een klein stukje snelweg meegenomen en eens even getest hoe snel de auto kon – bergafwaarts dan. We hebben een snelheid van 170 kilometer per uur gehaald. De verloren tijd die we op die kleine landweggetjes hebben verloren hebben we toen even ingehaald.

Eenmaal thuis kwamen de kinderen van onze Nederlandse bovenburen naar ons toe op de parkeerplaats. Ik had gisteren aan hen gevraagd of zij misschien zo’n kabeltje hadden liggen – ze hadden namelijk 200 snoeren bij zich. Jammer genoeg hadden ze net dat ene kabeltje niet, dus was het tevergeefs. Nou, jammer maar helaas. Wel even leuk gekletst natuurlijk en het zijn leuke mensen

Laughing
Ze kwamen vandaag naar me toe en gaven me het kabeltje. Het lag al tijden ongebruikt in de auto. Het pastte! Ik heb gelijk de foto’s op de laptop gezet en het fototoestel opgeladen. Ik ben blij!!! De foto’s zijn echt superleuk geworden en ik heb even een rondje van blijdschap door de kamer gerend. Ik mocht het kabeltje nog even houden van de buren zodat mijn toestel kan opladen. Daarna heb ik snel Sebastian fatsoenlijk eten gegeven met een potje spinazie met ei (thank god voor potjes babyvoeding a la au bain marie) en heb hem daarna naar bed gebracht. Er kwam een luid protest van een vermoeid mannetje, maar uiteindelijk is hij dan toch gaan slapen.

De telefoon hier in het huisje ging nog net voor babybedtijd. Ik was net met Sebastians eten bezig en vroeg of Kevin op wilde nemen. Hij keek me aan alsof ik hem zojuist gevraagd had om een zeehondje dood te knuppelen dus ik nam zelf op. Er klonk Duits geprevel op de achtergrond. Ik verstond er werkelijk geen klap van en het enige wat ik dacht was aan dat stukje van Herman Finkers over dat t-shirt. “Ich bin blond, bitte langsam sprechen”. Aber du bist ja gar nicht blond? “Nein, es ist fuhr mein frau”. En of ze dan niet beledigd zou zijn… Nee, want mijn vrouw spreekt geen Duits. Kennen we allemaal dat stukje nog? Nou, daar dacht ik toen aan. En op het moment dat ik dat dacht, dacht ik ook gelijk van: ach, ik knal hem er in ook: Bitte langsam sprechen, mein Deutsch is nicht so güt. Ik hoorde de man alweer ergens diep zuchten. Domme Nederlanders… Ich weiss. Ik had slechts een 8 voor Duits op school en dat was minstens 100 jaar geleden; daar red ik het tegenwoordig echt niet meer zo goed mee. Ik ben allang blij dat ik het kan verstaan en kan vertalen voor Kevin – die allang blij was dat hij niet op hoefde te nemen. Of alles naar wens was in ons huisje. Of het sauber, schön, gut was en of we zuvrieden waren en of er nog dingen geriepareerd zollen moeten worden ofzo. Dus ik zei: nein, alles is güt, wir sind zuvrieden und haben kein problemen, alles is güt.

Ik durfde gewoon niet over de telefoon te zeggen: ja, alles war güt, aber mein kind has die küchen in feuer geset warbei dat ehm – eh – fornuis (WAT IS HET DUITSE WOORD VOOR FORNUIS?) ein unfall hass gehad und ehm uh, de deksels van der kuchtrommel is abgefikt, aufzau. Ja, nou ehm, niet dus! LAAT MAAR. Alles ist güt. Kein problemen! Ik ga later wel naar de receptie. Ik ga dit zo niet telefonisch doen. “Das freud mir”. Mir auch! En of we veertien dagen zouden bleiben. Ja, bis funf-und-zwanzig joeli! *iets over fijne vakantie en danke* En de man zei: schönes abend. “Sie auch”, aufwiederhurn! Jeetje, dat Duits van mij is roestig. Ik moet niet vergeten mijn CV aan te passen naar Duits ‘matig’– spreek ik dusdanig matig dat ik spontaan diep in de grond wil zakken en verdwijnen maar het lekker toch doe ook al denk ik soms compleet het verkeerde te zeggen. Maar ach, mijn Italiaans is ongetwijfeld veel erger

Embarassed


Morgen gaan we lekker aanlummelen en zwemmen!
Kiss

Dertien juli, maandag

Vannacht hebben we een rumoerige nacht gehad. Sebastian heeft mij rond twee uur ’s nachts 2x uit bed gehaald. De twee daaropvolgende keren rond drie uur ’s nachts heeft hij Kevin uit bed weten te halen. Daarna kwam hij nog een keer en bleef hij huilen; maar Kevin en ik bleven naar elkaar toe wijzen wie er op moest staan, waardoor Sebastian vanzelf stopte met mopperen en ging slapen. We werden vandaag om half tien wakker. Na het ontbijt waren we ons van thuis-meegenomen-brood helemaal zat. Het begon droog aan te voelen en had naar onze zin de beste tijd gehad. Op naar de supermarkt! We hebben gisteravond nog even op de kaart gekeken waar we het beste een supermarkt op konden sporen en we hadden besloten om naar Immenstadt te gaan. Eigenlijk meer omdat het het dichts bij ons stadje was en omdat we nog even het uitkijkpunt van het meer wilden bezoeken voor een paar mooie foto’s. Gelukkig hadden we onze selfiestick bij ons voor een gezinsfoto met een mooie achtergrond. Het is echt prachtig om te zien.

We reden de weg af naar Immenstadt en kwamen al snel in de bedrijvigheid. Het is een druk stadje met veel verkeer; er zit een trein- en busstation en heeft een groot ‘zentrum’. We reden voorbij een supermarkt en kwamen vervolgens op onze zoektocht een volgende supermarkt tegen; de Aldi. Nou helemaal top. Ik zat al in mijn hoofd te bedenken of de ‘darf ik sie etwas fragen? Wo is der Supermarket?’-vraag wel correct Duits was, maar het was niet nodig. Ik kan mijn Duits bewaren om bij de receptie uit te leggen dat Sebas de keuken in brand wilde steken. Goed, een bekende winkel; in elk geval. We gingen naar binnen en herkenden ineens een stuk minder, hahahaha. We wilden in ieder geval voor 3-4 dagen eten in huis hebben om zelf te koken; maar ze hebben geen voorverpakte groentes natuurlijk. En het vlees is ook iets anders dan we gewend zijn. Ook was er geen kant en klare pastasaus. De mensen die van kant en klaar houden hebben het in Duitsland zwaar. Ik moest er om lachen en heb uiteindelijk toch alles gevonden wat ik hebben wilde. We hadden een kar vol meegenomen en hadden zoiets van: de rest zouden we bij de Spar kunnen halen. De volle kar kostte in totaal €55,55. Een wereld van verschil met thuis – waar een zelfde soort kar minstens €80,= zou kosten. We hebben ook wasmiddel en babydoekjes gehaald, filterkoffie en melk. Bananen, appels en aardbeienjam. Schinken, käse & putenminifilet.

We gaan een keertje pannenkoeken bakken, eitje bakken, soep met brood eten, spaghetti eten en een soort van chicken tonight met rijst. Lekker makkelijk wel. Ook hebben we verse broodjes en beleg gehaald. Er stond een machine die me deed denken aan een sigarettenautomaat. Máár dan met broodjes. Je moest de knoppen naast de afbeelding van je broodje indrukken en dan kwam je broodje eruit rollen. Dat vonden we wel grappig. Sebastian ook, want hij wilde blijven drukken. We hebben ook veel drinken ingeslagen, want het is hier hard nodig. De temperaturen zijn flink en het blijft al sinds aankomst zonnig; al is het vandaag even een keertje wat bewolkter. Wel fijn voor de afwisseling. Vanmiddag willen we een stukje gaan wandelen; maar het is even afwachten wat Sebas doet. Zijn ogen zijn rood doorlopen en hij lijkt erg moe – logisch wel na zo’n nacht; maar of we daar fijn mee kunnen wandelen is een tweede.

De natuur is zoals al eerder gezegd hier flink aanwezig. Vliegen te over en bij het instappen in de auto kwam er al een wesp op bezoek. Lees: Joyce rende de auto uit en liet gewoon alles voor was het was omdat ze op de vlucht was voor een wesp. Op de terugweg vanaf de supermarkt reden we de kronkelbergweg op en vloog er een dikke steekvlieg naar binnen. Hij botste tegen mijn arm op en ging daarnaast op het raam naast Sebastian zitten. Op dit soort momenten heb ik echt zoiets van: dat Missen Wilhams een gmo-vrij dorp is had nou mij niet perse gehoeven. Aan de andere kant zat er net een heel lief klein schattig vogeltje op het raam naar binnen te kijken – dat is dan weer de keerzijde. Ik ben er nog niet helemaal uit of ik blij ben met het resultaat.

’s Middags laat zijn we een stukje gaan wandelen. We hadden toch besloten om Sebastian even te laten bijslapen met zijn rood doorlopen ogen. Ik ben toen alvast ‘spaghetti’ gaan koken, terwijl ik tot de conclusie kwam dat de groentes die ik had gekocht een kant en klare mix was inclusief aardappelen en vlees, en de saus die ik had gekocht erg scherp was. Het bleek gelukkig lekkere spaghetti, maar toch zeker wel de meest vreemdste die ik ooit gemaakt heb met pasta én aardappelen. We hebben ons mooie kind anderhalf uur laten slapen en toen wakker gemaakt. We zijn in de buurt gaan wandelen; eerst richting de Kneipp-Gesundheitsanlage, waar we even gekeken hebben en het concept niet echt begrepen. We zagen er mensen met een rollator vandaan komen en mensen met bergschoenen. Het was volgens mij wel bergwater, maar we lieten het al snel voor wat het was en liepen daarna richting de hold-alp en de pfarr-alp. Nou, dat was dus gewoon een ouderwets potje krom lopen. Wat een wandeltocht zeg!

Bergopwaarts wandelden we richting de top en dat was toch best pittig. Vooral met een kind dat perse zelf wilde lopen en een bepakte buggy. Maar het uitzicht was geweldig!

Halverwege besloot de batterij van mijn camera ermee op te houden dus hebben we de foto’s helaas met onze mobieltjes moeten maken. Maar dat maakt het uitzicht toch niet minder. Onderweg kwamen we nog een aantal mensen tegen en zijn we nog even gestopt om de koeien te aaien om daarna dezelfde weg terug te lopen. Op de terugweg begrepen we de gesundheitsanlage wel, want we ploften neer en gingen met onze voeten in het voetenbad zitten. Sebas wilde baas boven baas spelen en is tot aan zijn middel in het bad gegaan. Het water was ijskoud, maar gelukkig waren we toen al bijna thuis. We hebben ongeveer twee uur gelopen en waren compleet uitgeteld toen we weer terug waren.

Ik wilde de foto’s overzetten op de laptop en begon eerst met mijn mobiel en daarna Kevins mobiel om vervolgens tot de conclusie te komen dat het kabeltje van ons fototoestel spoorloos is. Ik heb alles 2x flink overhoop gehaald, de auto binnenste buiten gekeerd en nergens kan ik hem vinden. Dat is even zuur en absoluut balen. Het overschaduwt mijn avond een beetje. Morgen zouden we naar Neuschwanstein en Hohenswangau gaan; twee hele mooie kastelen – en ik heb mijn fototoestel niet opgeladen/klaar. Men oh men. Wat een teleurstelling. Ik hoop dat ik morgen op tijd een nieuw fototoestel of kabeltje kan vinden; anders moeten we alle foto’s met onze mobiele telefoon maken en dat is een stuk minder scherp. Ik snap het ook gewoon niet; ik zou zweren dat ik hem in het hoesje gedaan had en heb meegenomen; maar hij is nu nergens te bekennen.

Hmm, anyways; ’s avonds nadat ons kereltje in bed lag heb ik een beetje gepuzzeld terwijl Kevin een spelletje op de laptop deed en zijn we daarna een serie gaan kijken. V/d week maar eens een stadtje bezoeken met een elektronicazaak.

Twaalf juli, zondag

Vanmorgen zijn we gaan ontbijten en hebben we daarna even de speelweide opgezocht. Sebastian heeft even gespeeld en liet zien hoe goed hij kon klimmen en glijden. Daarna zijn we een stuk gaan wandelen richting de koeien met bellen om hun nek. We zijn zelfs een stuk heuvel opgeklommen om ze van dichtbij te bekijken. Daarna zijn we langs een kabbelend beekje gewandeld waarbij we werden aangevallen door de vliegen. Kortom; stevig doorlopen. Op een gegeven moment werd ik zelfs gestoken door een vlieg op mijn enkel. Dat voelde ik toch aardig en ik begreep ineens weer waarom ik niet zo’n natuurmens ben. Prachtig om te zien hoor, maar die prikbeesten zijn echt verschrikkelijk. We zijn naar het zwembad toegelopen (Freibad Missen) waarbij er een grote blauwe glijbaan al in de verte te zien was. Het is vanaf ons huisje ongeveer tien tot vijftien minuten lopen en prima te doen. Er zijn een stuk of 4 verschillende baden. We namen ons voor om vanmiddag te gaan zwemmen toen we verder liepen. We kwamen langs de pizzeria ‘la mama’ en gaan daar vanavond eten.

We wilden langzaamaan terug lopen naar het huisje omdat Sebastian moe begon te worden. Ons kleine kereltje bleef maar met zijn vingers in zijn mond zitten en werd steeds stiller. We liepen door het leuke maar-op-zondag-doodse stadje en moesten lachen om de bus – die maar 1x per 3 uur komt richting Immenstadt, met een totaal van 5x per dag. Je zou hier maar wonen en geen auto hebben. We hebben nog even de supermarkt opgezocht; ook al is hij op zondag gesloten, we weten in ieder geval waar hij zit. De supermarkt (Spar) zit tegenover het kerkje. We kwamen daar vandaag allemaal Duitsers tegen in klederdracht. Het zag er grappig uit. Op de terugweg weer de heuvel opgelopen naar ons ferienpark. Dat is wel een beetje een crime, maar gelukkig zitten we in de eerste bocht en niet helemaal boven op de heuvel – anders zouden we helemaal zuur zijn. Sebastian heeft er zin in; met het slapen hier, want hij slaapt gerust 2,5 uur. Rond half drie ’s middags moeten we eigenlijk nog steeds zwemmen. Ik denk dat we er verstandiger aan doen om gewoon lekker naar de Grosser Alpsee te gaan en daar eens te gaan kijken. Ik word ook aardig lui en slaperig hier. Het is prima vertoeven.

Net voor Sebas zijn slaapje waren de bovenburen bij ons; ze hadden zichzelf buitengesloten en de receptie is op zondag gesloten. Ze vroegen of ze bij ons naar het noodnummer mochten bellen, dat mocht maar er werd niet opgenomen. Rot voor hun. Naast ons zitten ook Nederlanders (het stelletje met de hond, waar ik het gisteren over had) en hierboven ook. Volgens mij is het hele complex Nederlands. We zitten met zes appartementjes per half complex. De huisjes zijn gebouwd op een heuvel; wij zitten onder, met een terras op een grasveld; maar de voordeur (en de parkeerplaats/uitgang) zit een verdieping hoger en daarvoor moet je de trap op. Hierboven zitten ze ‘op de begane grond ‘ en hebben ze een balkon. Daarboven ook. De huisjes zijn schattig maar ook vrij groot. Vanuit elke kamer hoor je de alpenkoeien en hun bel. Het is grappig want 'stil' is het nooit. Ook 's nachts niet. Je hoort een mix van krekels, koeien en verkeer. Oh en het stikt hier van de wielrenners. Dat kun je hier ook goed doen!

Nadat Sebastian wakker is geworden zijn we richting de Grosser Alpsee geweest. Dat hoort bij het plaatsje Immenstadt. Ondertussen kon Kevin het nergens vinden op de kaart, maar ik wist dat het er was. Ik heb namelijk wekenlang voorpret gehad voor deze vakantie en heb Google maps zo vaak geopend dat ik sommige straten kan dromen. “Als we deze straat uit blijven rijden, komen we bij de Grosser Alpsee”. Kevin geloofde er niet in. Het was een scherp haarpin bergweggetje waar je zogenaamd 70 kilometer per uur kon rijden, maar waar ik 50 km/u al te snel vond. Maar wat een prachtige omgeving. Het deed mij denken aan Droomvlucht van de Efteling; waarbij je met het wagentje heel snel afdaalt in het woud, maar dan levensgroot en levensecht.

Kevin zei: nou, hier is geen meer hoor. Dat kan niet. En we zagen woud, woud, woud, bergen bergen bergen en gingen steeds sneller naar beneden. Ik zat vol spanning te wachten – en me gewoon te ergeren aan Kevins ongeloof – toen ineens vanuit het NIETS een gigantisch meer opdook. Onderaan de andere kant van de bergen zat het meer natuurlijk. Het was echt schitterend. Ik hoop dat Kevin v/d week nog even met de auto op het uitkijkpunt wil gaan staan met uitzicht over het meer. Want WOW! En helaas heel erg druk – zondag, hè? Zo stil als dat het in Missen-Wilhams is op zondag, zo druk is het daar. Het zag er zwart van de mensen en de bedrijvigheid. We hebben gewandeld en zijn even gaan pootjebaden in een kleine vertakking van het meer. Daar zwommen 2 zwanen met hun 3 baby’s. Sebastian heeft samen met papa zwaan gezwommen – of pootjebaden dan. Het water was erg helder en daardoor kon je alle vissen en kikkervisjes zien zwemmen. Sebas heeft ze allemaal aan proberen te wijzen. Daarna zijn we een klein stukje langs het meer gelopen. Onderweg natuurlijk een ijsje gekocht én de leukste schapentas die ik ooit gezien heb. Vervolgens zijn we naar het Alpseehaus ofzoiets geweest. Kevin herkende het wifi-logo en ik moest gelijk denken aan wat de mevrouw van de receptie vertelde aan mij over de gastenkaartjes die ze ons heeft gegeven. Gratis internet!!!! Kevin ging met Sebastian naar de speeltuin waarop ik snel ben ingelogd met onze mobiele telefoons en even e-mail en sociale media heb gecheckt. Oké, ik maak me ook schuldig aan het posten van statusupdates en even inchecken vanuit de Grosse Alpsee, met bijbehorende foto. Maar ik kan er niks aan doen. Ik vind het echt prachtig hier! Al veel te snel kwam Kevin weer terug naar de wifi-spot en wilde gaan. Mijn telefoon was pas halverwege met het uploaden van foto’s en ik wilde nog even………… Zucht. Nee, laat maar. We gaan! Met enige tegenzin loop ik achter mijn man en kind aan – oh internet, mijn verslaving, wat doe je. Kevin mist het ook; hij zit sinds vandaag stug achter mijn laptop spelletjes te doen tussendoor. Hahahaha. We hebben computertijden met elkaar afgesproken wie wanneer mag.



We zijn gaan eten bij pizzeria ‘La Mama’, en dat was lekker. Sebastian had gisteren een johannesbeerensaft gehad – cassis zonder prik – dus ik dacht: dat bestel ik vandaag ook. Toen kwamen ze aanzetten met johannesbeerensaft mét prik. Oh sjippies, dat gezicht van die kleine jongen. Ik wist niet of ik nou moest lachen of huilen. Sebastian heeft voor de eerste keer prik gedronken. Wow, dat gezicht was eigenlijk best wel lachwekkend. Dat moet ik echt even in de gaten gaan houden de volgende keer. Niet zomaar vertrouwen hebben in een ander, Joyce! Vooral niet in de johannesbeerensaft. Dat staat er om bekend!!! Dus ik heb alsnog een apfelsaft besteld voor hem en de cassis zelf opgedronken. Terwijl Kevin en ik genoten van een pizza at onze kleine liefste kereltje een bord vol frietjes. We hebben naderhand nog een tiramisu genomen en dat was veel te veel. Haha. Je krijgt hier voor nog €2,80 0,4 liter cola, voor tien cent daar bovenop krijg je een halve liter bier. Dat wordt trouwens als een ‘normaal’ biertje gezien. De kinderen krijgen een ‘normaal’ glas en dan zeggen ze dat het een klein glas is. Nou ja, fair enough. We hebben weer eens heerlijk gegeten. Voor morgen staat er de supermarkt op het programma zodat we zelf kunnen koken (scheelt toch wel wat centjes) en misschien dat we dan morgen naar het freibad gaan, maar daar gaan we het straks nog wel even over hebben. We wilden ook Immenstadt of Oberstdorf of zelfs oberstaufen beter leren kennen (maar meer omdat Kevin de kleine Spar-supermarkt niks lijkt en een Duitse joekel-supermarkt op wil sporen). Ik vind het allemaal prima. We gaan het zien.

Elf juli, zaterdag

Om 6 uur vanochtend ging de wekker. Het plan was om binnen een half uur de deur uit te gaan. Het liefst was ik al om half 6 opgestaan en om 6 uur vertrokken maar natuurlijk was ik te hyper om op tijd naar bed te gaan en was ik vanmorgen gesloopt. Alles is ingepakt in de auto; ik heb het er allemaal in weten te krijgen en daar ben ik trots op. 2 grote weekendtassen, 2 kleinere weekendtassen, 3 boodschappentassen, 1 grote rugtas en 2 plastic tasjes en een handtas. Een kinderstoel met een kind en wijzelf – dat allemaal in een kleine peugeot. Toch knap! Kevin reed de eerste helft en ik de tweede helft en we zijn drie keer gestopt (anderhalf keer getankt). Mijn liefste schat wilde maar niet stoppen met rijden terwijl ik rond 11 uur al had aangegeven dat het genoeg was; maar hij vond het leuk. Nou ja, vooruit dan maar. Rond een uur of 12 zei ik dat ik zou wisselen bij de volgende stop. Vervolgens stopte hij niet. Ongeveer anderhalf uur daarna stopten we dan eindelijk. Ik heb vanaf half 2 tot vijf gereden. Snik snik, het is niet eerlijk, ik vond het ook leuk! In eerste instantie was het best spannend op Der Deutsche Autobahn; maar gelukkig ben ik niet vies van het rempedaal intrappen. Op sommige stukken hebben we gewoon 145 kilometer per uur gereden. Het is dat we niet harder konden, maar anders! Het kon overigens wel. De snelwegen zijn heel anders dan in Nederland. Om te beginnen heb je standaard al vier banen ofzo en zijn die banen ook breder. En het verkeer is ook anders. Iedereen rijdt zo snel. Dan zet je de cruise control aan en dan is het gewoon leuk!

Sebastian heeft het echt heel goed volgehouden. Je mag er niks van zeggen. Hij heeft niet zitten zeuren en ik heb slechts een aantal keer zijn voetjes in mijn rug gevoeld. Hij heeft de tablet goed verbruikt qua filmpjes/apps en heeft voldoende speelgoed gehad om zich mee te vermaken. De stops verliepen ook prima – eigenlijk kon het volgens mij niet beter. Ik had me van tevoren druk lopen maken over een dreinende peuter en gewoon compleet gaar/ruk zijn op de plaats van bestemming maar het viel me echt ontzettend mee. Alleen qua uitpakken had ik er geen trek in. Ik hou daar niet van. Meestal gaan we slechts een weekje en leven we uit koffers; maar nu we wat verder weg zijn gegaan, is het wel de moeite waard om alles uit te pakken. Ik zie wel wanneer ik de rest ga doen.

We gingen uiteindelijk pas om 7 uur ’s ochtends de deur uit en arriveerden om 16:30 in Missen-Wilhams. Samen met een ander Nederlands stel met een hond; we hielden even een praatje terwijl we bij de receptie stonden te wachten. Het vrouwtje achter de receptie was erg vriendelijk. Ze bevestigde alleen iets waar we eigenlijk al rekening mee hadden gehouden maar waar we nog stiekem hoop voor hadden. Wifi – het was er niet. Op de vraag waar het dichtstbijzijnde internet was, begon ze over Immenstadt en vertelde ze dat het op de Mariaplasse was. Ze begon uitleg te geven, maar ik zei dat ik het wel zou vinden. Omdat mijn Duits nog verlegen was, deden we dit gesprek in het Engels en begon iedereen te lachen toen ik op mijn Liam Neeson-achtige manier: I will find it, zei. Taken deel 5; de verloren wifi. Wat ook een klein nadeel was: de website had ons verteld dat we een kinderbed zouden kunnen regelen op het moment dat we daar waren. Eenmaal aangekomen zei de vrouw van de receptie: dat had je via de website moeten boeken. Ze ging kijken of er nog een bedje was; want anders hadden we ‘pech’, hahahaha. Zo bracht ze het niet hoor, maar daar zou het wel op neer komen. Gelukkig belde ze 15 minuten nadat we in het huisje waren om te vertellen dat ze nog een bedje had en dat we dat ‘rustig aan, geen haast, maar wel binnen een half uur’ op konden komen halen. Fine with me! Zolang we maar een bedje hebben. Toen we bij het huisje kwamen moesten we wel een beetje lachen. De Nederlandse mensen met de hond hebben het appartementje naast ons. De man heeft ons nog geholpen met twee tassen naar beneden tillen.

Het huisje is voorzien van een hoop luxe. Ik mis alleen een vaatwasser, internet en een magnetron; maar voor de rest is het perfect. Een douche én een bad. Een grote televisie (een kopie van de tv thuis) een stereo, telefoon, tuinset met parasol en tuinkussens, ligstoelen, barbecue, keukengerei. Aan werkelijk alles is gedacht. Al het schoonmaakspul staat er – helaas wel op de onderste plank en dus niet echt kindvriendelijk; de bedden waren al leuk opgemaakt en er is zelfs aan een antislipmat gedacht. Serviesgoed te over en zelfs afwasmiddel en potjes kruiden staan er. Het huis is van alle gemakken voorzien inclusief genoeg dekens voor een man of 6. Er is een woonkamer met open keuken; en een badkamer met toilet. In het halletje een grote kapstok en dekenkist waar eens voor de verandering eens geen dekens in zitten (er zijn vijf kasten/lades waar schone warme dekens liggen) maar een stofzuiger, stoffer en blik en dat soort dingen. De slaapkamer heeft 2 bedden (met een hard matras), aan weerskanten een kledingkast met genoeg kastruimte, en met een dressoir met een grote spiegel daarboven. Er staan overal tierelantijntjes en er hangen schilderijtjes en beeldjes en andere niet-kindvriendelijke accessoires zoals een schaal met 2 metalen beeldjes erop, een porseleinen kaarsenhouder met vervolgens 1000 kleine zilveren sterretjes/snippertjes ofzoiets.

We hebben gegeten in de bierproeverij in Missen. Dat was overheerlijk en de eerste Wienerschnitzel is alweer een feit! Het zit hier op 5 minuten lopen en ik denk dat dit wel mijn favoriete restaurant wordt. Het was zoals vanouds - overheerlijk; zoals ik gewend ben in Duitsland. Sebas was erg moe en liet dat duidelijk merken; de bediening kwam nog even een zakje Haribo beertjes brengen om ervoor te zorgen dat hij zou stoppen met huilen. We hebben maar snel gegeten en zijn gegaan. Eenmaal terug in het huisje heeft Sebastian de knoppen van de oven en het fornuis gevonden – terwijl wij niks doorhadden. Ik had mijn lieve schoonmoeder aan de telefoon om te vertellen dat we er waren en alles goed was gegaan en we een leuk huisje hadden, je kent het wel – en ik zei ineens: er is brand. Ik hoorde haar een grapje maken over de brandweerauto van Sebastian en ik zei dat het geen grapje was en dat ik ging ophangen *klik tuut tuut*. Dus ik heb kort daarna maar gelijk een sms’je gestuurd. Ze zal ook wel even geschrokken zijn. Maar anders wij wel, want de hele keuken/woonkamer stond vol rook. We hadden het niet eens tijdig in de gaten. We roken het, keken op en toen was de rook al best dik. Ik heb tegen Kevin gezegd dat hij Sebas op moest pakken en naar buiten moest gaan. Gelukkig viel het wel mee, maar de schrik zat er aardig in.

Er zaten afdekplaten op het fornuis (deksels van koektrommels) die er gezellig uit moesten zien ofzo. Ik snap er het praktisch nut niet echt van. Terwijl Sebastian met de knoppen van het fornuis heeft gespeeld, is er zo’n deksel in brand gegaan en stond de andere deksel te verhitten. Ik heb het fornuis uitgezet en de hete deksels in de gootsteen gegooid (met een doek) en de kraan aangedaan. Nou ja, eentje is nog oké en de ander; daar is niet veel meer van over. Het fornuis mankeert gelukkig niks. We hebben een half uur met de afzuigkap en het raam open gezeten en toen was het klaar. Pffff. Dit huis is zo niet kindvriendelijk, maar de omgeving maakt wel een hoop goed. We zitten (helaas) dicht langs de drukke doorgaande weg, maar ’s avonds rijdt er geen kip. We horen de koeien met bellen om hun nek eigenlijk voortdurend. Ik vind dat wel grappig. Het doet me echt denken aan zo’n Milka-reclame met van die paars/witte koeien.

‘s Avonds zijn we bezig geweest met settelen en daarna hebben we lekker de bank uitgeklapt en zijn we een film gaan kijken. Ik heb de laatste helft van de film gemist – Kevin maakte me wakker om naar bed te gaan. Niet lang daarna (uurtje of elf) lagen we in bed en hebben we geslapen tot half 9 de volgende morgen. De eerste indruk van het stadje: veel bergen, een hoop motoren op de weg, veel groene sound-of-music-heuvels, stadje met bloemen, barokke stijl woningen, planten, fonteinen, perfect groen gras, veel bomen, koeien met bellen, rustig, gemoedelijk, lokale klederdracht, stil, insecten, vlinders, libelles, steekvliegen, wespen, bijen, hommels, en kat-uit-de-boom-kijk-inwoners die allemaal best vriendelijk zijn en heel erg veel bier.

De voorpret

We hebben een soort van schema opgesteld qua dagen waarop we dingen gaan bezoeken/bezichtigen of gaan verkennen omdat ik graag van tevoren van alles wil uitzoeken en wil bespreken met Kevin zodat we een plan hebben om onze dagen mee te vullen. Ik voel me daar prettig bij omdat ik nu al 3 vakanties heb gehad waarbij er dik 2 uur verloren gaat aan het praten over wat we zouden kunnen gaan doen en dat met elkaar afstemmen en ‘gaan’. Ik ben een doener; of eigenlijk meer een planner. Ik wil weten waar ik aan toe ben. Als we gaan lummelen, dan gaan we lummelen. Maar als we trek hebben in cultuur opsnuiven, wil ik gewoon cultuur opsnuiven en wel stand pede vertrekken. Met een kind heb je al weinig tijd omdat je rekening moet houden met slaapjes en een bepaald ritme (wij althans, ons kind houdt van ritme – en wij ook).

Bovendien lijd ik aan een zeldzame vorm van vakantie-ADHD. Dat zou je niet zeggen als je me in het dagelijks leven kent, maar op vakantie sta ik echt binnen no time te trappelen om van alles te gaan doen waardoor mijn omgeving mij vrijwel binnen een paar dagen goed zat is wegens totale uitputting. Ook daarom is het wel prettig om een soort van planning aan te houden. Dan weet ik waar ik omheen kan gaan stuiteren! Dit is ongeveer de planning die we willen aanhouden:

Dag 1 Zaterdag – aankomst
Dag 2 Zondag – omgeving verkennen (Missen-Wilhams)
Dag 3 Maandag – Immenstadt verkennen
Dag 4 Dinsdag - Neuschwanstein/Hohenschwangau
Dag 5 Woensdag - Omgeving verkennen (Kempten?)
Dag 6 Donderdag - Bergbauernmuseum
Dag 7 Vrijdag - Omgeving verkennen (Oberstdorf?)
Dag 8 Zaterdag - Schloss Posenhofen & omgeving
Dag 9 Zondag - Grosser Alpsee zwemmen
Dag 10 Maandag - Ravensburger spieleland
Dag 11 Dinsdag - Wies Church
Dag 12 Woensdag - Boswandeling/zwemmen
Dag 13 Donderdag - Oostenrijk
Dag 14 Vrijdag - Zeppelinmuseum

Maar de dagen kunnen nog wisselen/afwijken; net waar we zin in hebben. We weten eigenlijk allebei al bij voorbaat dat we niet naar het zeppelinmuseum gaan. Dat omdat de website saai was, het onderwerp op zich best wel saai is en omdat we daar gewoon geen trek in hebben. Het was meer dat dat ding op de lijst kwam te staan omdat ik boos werd op Kevin.

Ik zat tijdens de voorpret alvast dingen op te zoeken die we "ZOUDEN KUNNEN" doen tijdens de vakantie en deed diverse suggesties. Waarbij mijn schatz de ene na de andere flauwe opmerking zat te maken en ook geregeld ‘niks’ wilde doen en dergelijke. Op een goed moment zei ik: ja allemaal prima, maar je gaat nu zelf maar twee dingen op de lijst zetten die je wil doen; het is ook jouw vakantie. Ik zit hier al het werk te doen; ga jij nu maar eens wat uitkiezen. Toen kwam hij met Ravensburger Spieleland – en daar had ik zelf niet bij stil gestaan (ik was aangenaam verrast) en met het zeppelinmuseum. Ik vroeg hem of hij dat serieus meende te willen zien. Waarbij hij een serieus gezicht hield en een verhaal deed waarbij hij echt bijna geloofwaardig overkwam; dus ik heb het laten rusten. Maar we waren nog geen week verder of hij zei al van: ja, we kunnen ook niet gaan, er lijkt me bij nader inzien toch niet zoveel aan

Smile

Ondertussen heb ik een lijst met plaatselijke horeca gemaakt en heb ik supermarkten incl. openingstijden opgeschreven. Ik heb de bezichtigingen die op de planning staan opgezocht, entreeprijzen en openingstijden genoteerd en vooral ook wanneer ze gesloten zijn; want sommige dingen zijn alleen op vrijdag, zaterdag en zondag open en andere dingen juist gesloten op zondag, etc. Anders rijden we anderhalf uur voor een kasteel; blijkt het kasteel niet open te zijn – dat is ook weer zo zonde. Nou ja, zo ben ik ook bezig geweest met een paklijst en werk ik gewoon structureel al mijn to-do-, to-buy- of to-pack-lijstjes af.

Ik zie het meest op tegen de heen- en terugreis. Acht en een half uur achter elkaar rijden; maar omdat we natuurlijk ook tussentijds stoppen om even een pauze te nemen wordt het veel langer. Ik vraag me echt af hoe Sebastian het gaat volhouden. We hebben voor hem een traytafeltje om op te spelen/kleuren/eten/drinken en een tablet-hoofdsteunhouder. We gaan om de zoveel tijd stoppen en even de benen strekken etc. Maar het blijft spannend met zo’n mini-peuter van bijna 2 jaar.